Genesis 9:8

SVVoorts zeide God tot Noach, en tot zijn zonen met hem, zeggende:
WLCוַיֹּ֤אמֶר אֱלֹהִים֙ אֶל־נֹ֔חַ וְאֶל־בָּנָ֥יו אִתֹּ֖ו לֵאמֹֽר׃
Trans.wayyō’mer ’ĕlōhîm ’el-nōḥa wə’el-bānāyw ’itwō lē’mōr:

Algemeen

Zie ook: Noach

Aantekeningen

Voorts zeide God tot Noach, en tot zijn zonen met hem, zeggende:


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יֹּ֤אמֶר

Voorts zeide

אֱלֹהִים֙

God

אֶל־

tot

נֹ֔חַ

Noach

וְ

-

אֶל־

en tot

בָּנָ֥יו

zijn zonen

אִתּ֖וֹ

met

לֵ

-

אמֹֽר

hem, zeggende


Voorts zeide God tot Noach, en tot zijn zonen met hem, zeggende:


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!